Geschiedenis

Het begin

De Vogelwacht Joure is opgericht op 28 februari 1961. Als oprichter kan worden genoemd Henk T. v.d. Meulen. Henk was een echte “fjildman” met veel kennis van flora en fauna. In april 1961 waren er 33 leden.De Vogelwacht Joure was bepaald niet een van de eerste wachten, want op 12 november 1947 werd de Bond van Friese Vogelbeschermingswachten , de BFVW, opgericht door 67 al bestaande wachten. Het ledental was toen 1176. In 2015 heeft de BFVW rond 20.000 leden, verdeeld over 109 wachten. Er wordt nazorg gedaan op meer dan 154.000 ha. door meer dan 5100 nazorgers.Onze wacht startte met ca. 10 leden. Op 25 maart 1964 wordt bij hotel v. Terwisga een vergadering gehouden waarbij aanwezig: 33 leden. Er werd o.a. besloten te trachten een jeugdwacht op te richten.Het jaarverslag van de BFVW van 1963 maakt melding van 84 leden bij de Vogelwacht Joure. De BFVW heeft dan al 10331 leden en 100 wachten.
Een brede strook land langs de Wyldehornstersingel vanaf de Sewei tot aan de Mienscharwei was het reservaat van de Jouster wacht waar jaarlijks tellingen werden gedaan. Op 1 mei 1970 werden daar 198 nesten met 670 eieren geteld, o.a. 114 nesten van de grutto, 1 van de snip en 1 slobeend.Midden jaren 70 had onze Vogelwacht een duidelijke dip. De activiteiten bestonden uit inventarisatie van het reservaat, wintervoedering indien nodig en 1 slecht bezochte jaarvergadering. Er werd zelfs een schriftelijke enquête gehouden met de vraag: moeten we de wacht opheffen of doorgaan? Het bestuur besloot een nieuwe start te maken. Hoewel eerdere pogingen waren mislukt werd er weer een filmavond gehouden in de bovenzaal bij hotel v. Terwisga. Dankzij de nodige reclame werd het een groot succes. (Ondertussen is de filmavond, rond 2015vervangen door, op de ledenvergadering na de pauze, natuurplaatjes uit onze omgeving te tonen)In 1980 verscheen het eerste exemplaar van het jaarverslag: Verenigingsnieuws Vogelwacht Joure. De inhoud van dit boekje: 80% nazorg, verslag penningmeester en secretaris en ook toen al: Vogelnieuws van Jan de Jong.

Uitbreiding van activiteiten

In 1976 werd er een commissie “nazorg”opgericht; 14 groepen van 2-3 man deden er aan mee. En zo werd de Vogelwacht toch nog een volwassen vereniging.In het jaarverslag van 1981 wordt door Jan de Jong aandacht gevraagd voor het nestkastonderzoek en met ieder jaarverslag werd een formulier meegestuurd. En zo is de nestkast inventarisatie een vast onderdeel van de Vogelwacht geworden, met 490 gecontroleerde kasten in 2009. De coördinatie is al jaren in vertrouwde handen van Tonny de Jong.


In het boekje van 1981 wordt melding gemaakt van de “koekaktie” en wel op 16 en 17 januari. In 1979 werden 558 koeken verkocht, maar in 1981 is dit gestegen tot 1278 stuks.Het verslag van ’82 maakt melding van 240 leden.Verslag 1983: Henk v.d. Meulen spreekt in zijn voorwoord van een goed weidevogeljaar, er zijn 35 nazorgers. Gedurende de 80-er jaren is er een gestaag toenemend ledental, een toename van nazorgers en een goed bezochte film/dia avond. In 1986 hebben we 313 leden, incl. 20 jeugdleden, maar helaas hebben we geen jeugdafdeling. Er wordt in dit verslag een oproep gedaan om zich als leider van een jeugdafdeling te melden.
In 1986 wordt ook de aaisikerskaert” ingevoerd.Het verslag van 1987 maakt melding van de eerste excursie van de Jeugdvogelwacht naar Oranjewoud. In het verslag van 1988 wordt duidelijk dat Frans Ozinga de leider van deze jeugdwacht is. In maart van datzelfde jaar verschijnt het eerste Tomke, het eerste contactblad voor de jeugd.Op 23 juni 1989 overlijdt onze voorzitter Henk v.d. Meulen.In zijn “In Memoriam” noemt de nieuwe voorzitter Karel Schiere hem o.a. een man met veel kennis en inzet en altijd strijdbaar als het ging om aantasting van natuur en milieu.In 1990 telt de Jeugdvogelwacht 125 leden.


De periode na Henk van der Meulen

1991: Een jaaroverzicht van kerkuilen door Tj. v.d. Honing betekenen een verbreding van ons aandachtsgebied.Net als de “Grote wacht”, kent ook de Jeugdvogelwacht een mindere periode. Tot februari 1995 is de leiding in goeie handen van Marinus Hielkema; daarna werd hij opgeheven vanwege gebrek aan mensen die de kar wilden trekken. Na een periode van drie jaar pakt Frans Ozinga ( hij was in 1992 vanwege andere werkzaamheden met de Jeugdvogelwacht gestopt) de draad weer op en in maart 1998 verschijnt de eerste editie van de 8e jaargang van het Tomke.


1996: Boerenzwaluwenonderzoek door Jan de Jong. Maar ook de bouw van een oeverzwaluwenwand in De twigen In het financieel overzicht wordt gemeld dat er 2.350 gulden is uitgegeven voor de bouw van een zwaluwenwand in de Twiigen. Verslag 1997: Hij staat er : onze broedwand voor oeverzwaluwen. Totale kosten: 8.795,75 gulden, waarvan 5.250 sponsorgeld. Opgemerkt kan worden dat we zelf met de blokken steen aan het sjouwen en metselen zijn geweest, Jannes de Grijs en Willie van der Heidewaren er heel druk mee.


In 1998 schrijft Frans Ozinga over paddestoelen in “De Twigen” en in 1999 meldt de broedzorgcoördinator 12 vogelsoorten en 121 succesvolle broedsels.In het jaarverslag van 2000 maakt de voorzitter in zijn voorwoord melding van de dramatische achteruitgang van de grutto, 33% achteruitgang in de laatste 10 jaar.Aan het verslag van 2001 wordt een formulier toegevoegd om zich op te geven als lid, contributie 5 Euro, 2001 is ook het jaar van de MKZ crisis hetgeen betekent: geen eierzoeken en geen nazorg.
Jannes de Grijs krijgt steeds meer “gewonde” vogels in zijn vogelopvang en krijgt hiermee een provinciale bekendheid.


2003: Laurens Potijk treedt toe tot het bestuur.Hij zal zich samen met Frans inzetten voor de Jeugdvogelwacht.
Verslag 2005: Voorwoord: verbod op eierzoeken dreigt.In 2007 wordt er fel geprotesteerd bij de gemeente tegen de plannen voor de bouw van een hotel aan de Langweerder Wielen. Het plan gaat voorlopig niet door.In de Twiigen wordt veel werk verzet door Jannes de Grijs en Willy v.d. Heide resp. onze secretaris en penningmeester.


Verslag 2008: Pagina 9 van dit verslag is een trieste pagina. In grafieken van de nazorggegevens, gemaakt door de nazorg coördinator Gerben Veenstra wordt duidelijk gemaakt hoe sterk de aantallen broedparen van de weidevogels sinds 1991 zijn gedaald.

Het Tomke van de Jeugdvogelwacht verschijnt in 2009 voor het 19e jaar.Gedwongen door gerechtelijke uitspraken wordt het eierzoeken aan banden gelegd. Elk gevonden ei moet per SMS worden doorgegeven tot een maximum is bereikt. Wordt dit de toekomst van het eierzoeken of de definitieve doodsteek?Als Vogelwacht Joure gaan we in ieder geval door.
Ondertussen zijn we 2023 geworden. Er is veel verandert de laatste 15 jaar. Weidevogels in het gewone boerenland zijn maar mondjesmaat aanwezig. We doen nog steeds ons best om die zo goed als mogelijk te beschermen.


Weidevogels zijn in grotere aantallen in beheergebieden. Dat kan zijn legselbeheer waarbij nog min of meer de nazorg zoals die vroeger was wordt toegepast. Voor de maïs- en weilanden die met de sleepslang worden bemest zijn er speciale dekseltjes die over de nesten kunnen worden geplaats zodat de slang de nesten niet kan beschadigen.
Er zijn ook beheergebieden met rust van 1 april tot 15 juni. Reguliere nazorg is hier niet nodig omdat de jonge vogels rond die datum meestal wel vliegvlug zijn. Er zijn plas dras gebieden en greppelplasdras. Beide bedoeld om het waterpeil pleksgewijs te verbeteren voor de weidevogels.


Ook het zoeken van de eieren die beschermd moeten worden is verandert. Voor het maaien of bemesten wordt vaak met een drone naar de nesten gezocht. Daarbij wordt ook gezocht naar de nog kleine reekalfjes die in de weilanden liggen. Kortom de modernisering is ook bij onze vogelwacht met stappen vooruit gegaan.
Ook is onze Vogelwacht veel bredere in haar activiteiten geworden. Ondertussen zijn er drie oeverzwaluwenwanden, de door ons gemetslede in De Twigen, een wand in Skipsleat en een veel kleinere wand op Trijntjewiel. Hoewel de laatste twee niet van de vogelwacht zijn ligt het beheer ervan wel bij de vogelwacht.
Er is een broedzorgcöordinator Tonny de Jong, die actief is bij beheer van de zwaluwenwanden maar die daarnaast ook de gegevens over nestkasten, en kastjes jaarlijks binnenkrijgt en deze ook in BFVW systeem verwerkt.


Werkgroepen

Voor de kerkuilen is er een groep die zich bezig houdt met plaatsen van nestkasten en de controle daarvan.
Er is een werkgroep roofvogels. Naast nestkasten voor bijvoorbeeld Torenvalken worden ook de nesten van roofvogels in het vrije veld gespot en gemonitord
Er is een MUS project waar leden van de vogelwacht aan meewerken,. Dat gaat niet over de Mus, maar Mus staat hier voor Meetnet Urbane Soorten. Hier worden de verspreiding en aantallen broedvogels in steden en dorpen mee in kaart gebracht.
Paddenstoelen worden nog steeds gespot, Nog elk jaar worden er door Frans Ozinga nieuwe soorten in De Twigen gevonden
Helaas zijn er geen mensen meer die de kar van De Jeugdvogelwacht kunnen trekken. Dat is jammer, immers in een wereld vol van vergrijzing zal de zin Wie de jeugd heeft heet de toekomst, steeds meer van toepassing zijn”.
Kortom Vogelwacht Joure is een actieve vereniging waar veel natuurliefhebbers lid van zijn. Belangstelling? We kunnen er nog wel wat leden bij hebben,

Juni 2023, Tsjepke van der Honing.